Paragraaf 7 Grondbeleid

7.1   Inleiding
Deze paragraaf beschrijft de visie van de gemeente op het grondbeleid in relatie tot de doelstellingen die in deze begroting zijn opgenomen, de wijze waarop het grondbeleid ten uitvoer wordt gebracht. Ook de actuele ontwikkelingen komen aan bod.

De gemeente Voorschoten laat ruimte voor initiatieven vanuit de markt, maar indien een sterkere grondpositie onontbeerlijk is, voor een sterke regierol, zal zij gericht strategische (grond)aankopen doen. Faciliteren waar kan en actief waar nodig.

7.2    Hoofddoelstellingen
Meer concreet kunnen de hoofddoelstellingen van het grondbeleid voor de gemeente als volgt worden omschreven:
Het stellen van (bestuurlijke) kaders:

  • Formuleren van uitgangspunten van het grondbeleid en aangeven van speerpunten.

Informeren:

  • Het binnen gestelde doelen van ruimtelijke ordening, structuurvisie en sectorale visies (met inzet van juridische en financiële instrumenten) realiseren van het door de gemeente, in deze begroting geformuleerde ruimtelijke beleid;
  • Het kenbaar en transparant maken van het grondbeleid van de gemeente Voorschoten, zowel naar de interne organisatie als naar de ‘buitenwereld’.

Faciliteren:

  • Bieden van structuur ten behoeve van de uitvoeringsstrategie van specifieke ruimtelijke ontwikkelingen;
  • Benoemen van de bestuurlijke rolverdeling in de uitvoering van het grondbeleid.

7.3   Grondbeleid
Het grondbeleid wordt uitgevoerd aan de hand van de Nota Grondbeleid:
De Nota Grondbeleid schetst de uitgangspunten van het te voeren grondbeleid van de gemeente Voorschoten. Het beschrijft onder andere de diverse grondbeleidsinstrumenten die de gemeente tot haar beschikking heeft en er worden concrete grondbeleidskeuzes gemaakt. Ook geeft het richtlijnen voor het “in de markt zetten” van in exploitatie te brengen gronden. De methoden van prijsbepaling voor de toekomstige functie van de te verkopen grond staan beschreven, met als doel een zo marktconform mogelijke prijs.

Dit alles heeft tot doel het voeren van een transparant, eenduidig en integer grondbeleid.

7.4   Wettelijke/landelijke grondslagen

  • Wet ruimtelijke ordening (Wro)
  • Besluit ruimtelijke ordening (Bro)
  • Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)
  • Wet voorkeursrecht Gemeenten (Wvg)
  • Wet Markt en Overheid
  • Gemeentewet (Gemw)

7.5   Grondexploitaties

Uitgangspunt van de gemeente Voorschoten is dat het saldo van (individuele) grondexploitaties minimaal nul moet zijn. Opbrengsten en tekorten uit grondexploitaties komen ten gunste respectievelijk ten laste van de algemene reserve. Naar verwachting is in 2018 één grondexploitatie (grex) actief: de Duivenvoordecorridor.

7.6   Planresultaat Grondexploitatie
De gemeentelijke grondexploitaties worden minimaal één keer per jaar geactualiseerd, namelijk tegelijk met de vaststelling van de jaarrekening.

In eerdere jaren werd gerekend met een vaste rekenrente (zoals 5,5% en 3%). Als gevolg van uitgangspunten in de BBV-regelgeving (Besluit Begroting en Verantwoording) mag het te hanteren rentepercentage niet meer bedragen dan de werkelijke rente. Er wordt nu aangesloten op de projectfinancieringsrente, deze is per 1-1-2017 gesteld op 2,82%.

De disconteringsvoet bij grondexploitaties die sluiten op een negatief saldo dienen gelijk te worden gesteld aan het maximale meerjarige streefpercentage van de Europese Centrale Bank voor de inflatie binnen de Eurozone. Derhalve is deze op 2,0% gesteld.


Tabel 138 Parameters

Gehanteerde parameters

2017 e.v.

Rente: Lasten & Baten

2,82%

Index: opbrengststijging

0,00%

Index: kostenstijging

1,50%

Disconteringsvoet

2,00%


Tabel (139) laat het planresultaat zien in het jaar van afsluiten van de grondexploitatie. De resultaten van de grondexploitaties verwerken we na afsluiting van de grondexploitatie in de jaarcijfers van dat jaar. Voor negatieve planresultaten heeft dit geen effect op het jaarrekeningresultaat, omdat hiervoor al een (verlies)voorziening is getroffen.

Tabel 139 Planresultaten DVC

Planresultaten Duivenvoordecorridor

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Op eindwaarde

-964.000

Op contante waarde

-856.000


7.7   Actuele ontwikkelingen

Ontwikkelingen fiscaal-juridisch
De Omgevingswet
Dit betreft een omvangrijke stelselwijziging, waarbij het Omgevingsrecht fundamenteel op de schop gaat. 40 Sectorale wetten 117 algemene maatregelen van bestuur (amvb’s) en honderden ministeriële regelingen worden vereenvoudigd, versoberd en gebundeld in één samenhangende Omgevingswet. Het doel van deze nieuwe wet is het integreren van alle wetten en regelingen waardoor het eenvoudiger moet worden om projecten op te starten. Deze wet kan effect hebben op de mogelijkheden betreffende onteigening, kostenverhaal voor bovenwijkse voorzieningen, bovenplanse kosten en bijdragen. Niet langer geldt 2018 als invoeringsjaar. De inwerkingtreding is verschoven naar 1 juli 2019. Verwacht wordt dat de invoeringsdatum opnieuw een jaar opschuift, nu tot 1 juli 2020, dit vanwege de complexiteit van de wet.

7.8 Grondexploitatie Duivenvoorde Corridor (grex DVC)
De gemeente heeft nog één grex, namelijk de DVC. Voor deze grex wordt actief grondbeleid gevoerd en heeft per 1-1-2017 een boekwaarde van € 9.200.664. Jaarlijks wordt deze grex met bijbehorende risico’s geactualiseerd. Het verwachte verlies van de grex wordt momenteel berekend op € 874.000 per 1-1-2018. De verliesvoorziening zal dan worden aangepast met een onttrekking uit de concernreserve van het nadelige verschil van € 18.000, zodat het verwachte verlies volledig gedekt is.
De risico’s die voor deze grex zijn voorzien, worden gekwalificeerd en gekwantificeerd. Voor 2018 hebben deze een gewogen effect van € 1.854.000. De risico’s zijn opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Opheffing bestemmingsreserves DVC
In deze paragraaf is reeds ingespeeld op de besluitvorming bij deze begroting inzake het opheffen van een tweetal reserves welke betrekking hebben op de grex DVC, namelijk:
- Risicoreserve Duivenvoorde Corridor per 01-01-2017  € 1.869.000
- Reserve Duivenvoorde Corridor € 1.076.370.
De reden voor het opheffen van deze reserves is als volgt. Omdat het Meerjaren Programma Grondexploitaite (MPG) is opgeheven en derhalve ook de risico’s van de enige grondexploitatie Duivenvoorde Corridor (DVC) meegenomen worden in het gehele gemeentelijke risicoprofiel is het onlogisch dat er een aparte risicoreserve naast de risicovoorziening DVC en de reserve weerstandsvermogen bestaat. Alle risico’s worden namelijk afgedekt door de reserve weerstandsvermogen. Ook lijkt het doel achterhaald van de bestemmingsreserve DVC die bij amendement is vastgesteld bij de Kadernota 2017. Deze reserve wordt conform advies uit de begrotingsscan opgeheven. De bedragen van beide reserves zijn toegevoegd aan de concernreserve (dat onderdeel uitmaakt van het weerstandsvermogen).